'In bezuinigen waren we erg goed, maar meer geld uitgeven, dat hebben we moeten leren.'
Gesprek met Jetta Klijnsma, wethouder Welzijn, Volksgezondheid en Emancipatie
Bij haar aantreden, vier jaar geleden, hebben we mevrouw Klijnsma geïnterviewd. Het leek de redactie van het Epidemiologisch Bulletin een goed idee om haar bij het begin van de tweede ambtsperiode ('acht jaar is genoeg', zegt ze), opnieuw te spreken. De voorlichtster die vier jaar geleden bij het gesprek aanwezig was, is dit keer niet nodig. Jetta Klijnsma heeft inrniddels een grote routine met interviews; zorgvuldig en helder formulerend baant ze zich een weg door tal van netelige zaken. Ze stelt voor om de punten uit het vorige interview door te nemen. Ook wij waren van plan om met een terugblik te beginnen.

STIOM
In het verleden was Jetta Klijnsma zelf voorzitter van de STIOM, de Stichting Ondersteuning gezondheidszorg en Maatschappelijke dienstverlening, die zich inspant om in achterstandswijken kwalitatief goede en effectieve gezondheidszorg tot stand te brengen. Het project wekt nog steeds groot enthousiasme bij haar op. 'Het STIOM-concept is zeer enthousiast ontvangen in Den Haag, het moet worden gecontinueerd, niet als doel op zich, maar als adequaat gebleken instrument voor zorgvernieuwing. Een project als Nieuwe Sporen is hieruit voortgekomen, waarbij imams, pandits en andere specifiek deskundigen worden betrokken bij de zorg. Na het succes in de Schilderswijk zijn er vervolgprojecten opgezet in Regentes-Valkenbos, Laak en Escamp. Ook hier wordt vernieuwing gerealiseerd.' Een van ons meldt dat Escamp als vernieuwingsproject nog niet van de grond is gekomen. 'Mijn informatie luidt anders. Er is zojuist een nieuwe projectleider aangesteld voor Escamp.'
Hoe ziet STIOM er over twee jaar uit?
'De toekomst is ongewis. De verdere ontwikkeling van STIOM zal in belangrijke mate worden bepaald door het grote-stedenbeleid en de opstelling van de verzekeraars. De inzet van de gemeente was als tijdelijke stimulans bedoeld. Het idee was dat het concept, gegeven de via STIOM gerealiseerde vernieuwingen, zichzelf zou gaan bedruipen vanuit reguliere financieringsbronnen van de participerende organisaties en de verzekeraars. Hier ligt een groot knelpunt. De verzekeraars hebben geen titel om te financieren en hebben ook maar mondjesmaat bijgedragen, het ministerie van VWS heeft in 1997 vijf ton guldens gegeven, maar dat wordt niet gecontinueerd. Van de huisartsen wordt al gevraagd dat ze hun vrije tijd geven, ze zijn erg zwaar belast, we kunnen niet verwachten dat zij het financieren.' Dat doen ze trouwens al indirect, want een groot deel van het STIOM-budget is afkomstig uit het Fonds AchterstandsWijken, dat bestaat uit een geoormerkt deel van de huisartshonoraria.
'Vooral in de eerste lijn en bij de verplegende sector is veel inzet nodig. Ik heb grote zorgen over de ontwikkeling en de toekomst van het zorgstelsel in Nederland. Eerstelijners zijn enthousiast over het STIOM-concept. Daarom wi! ik graag dat het wordt gecontinueerd. Ik zal me daar de komende vier jaar zeker voor inzetten.'

Contact met patiënten
'Ik probeer zo veel mogelijk rechtstreeks contact met patienten en gebruikers te leggen, dat kost veel tijd en is ingewikkeld, maar het is zeer de moeite waard. De contacten met belangenorganisaties zijn van groot belang - daar worden beleidslijnen uitgezet, maar de contacten met individuen leveren de inkleuring op en verdiepen het plaatje. Bij mijn aantreden was de taxibus een behoorlijk probleem: mensen stonden vaak een uur te wachten in de regen. Nu is dat goed geregeld, er is een duidelijk contract afgesloten en het werkt.'
'Waar we erg aan moeten wennen, is dat we meer geld kunnen uitgeven dan vroeger. Den Haag heeft jarenlang bezuinigingsronden achter de rug, in bezuinigen waren we erg goed. Maar meer geld uitgeven, dat hebben we moeten leren. Als je geld hebt voor nieuwe voorzieningen, moet ook de uitvoeringsorganisatie daarop worden afgestemd. Wat heb je aan een prachtige rolstoel als je er anderhalf jaar op moeten wachten? Dan is er misschien al zoveel veranderd dat je hem niet langer nodig hebt.'

GGD
'De Inspectie heeft vier jaar geleden ernstige kritiek uitgebracht op onze GGD. Onder leiding van een nieuwe directeur gaat er nu een frisse wind door de dienst, de kwaliteit is flink omhoog gegaan. Het personeel bij de ambulancedienst doet ongelooflijk zijn best en de aanrijtijden zijn goed. In de Colensostraat is een advies- en meldpunt 'Vangnet Zorg en Advies' van de grond gekomen, voor mensen die dringend zorg nodig hebben, maar deze zelf niet kunnen of willen zoeken. Denk aan mens en die (dreigen te) vervuilen, mensen met psychische of verslavingsproblemen. Na melding bij de GGD wordt geprobeerd met de juiste instanties een passende oplossing te vinden. We hebben zelfs een compliment gekregen van de Inspectie. Verder wordt er hard gewerkt aan meningokokken-C vaccinatie. Ik ben trots op onze GGD-ers!'

Maatschappelijke opvang
'We hebben eindelijk meer geld gekregen voor de opvang van dak- en thuislozen. We kunnen nu het werk voor deze doelgroep een behoorlijke impuls geven. Doorstroming is belangrijk: als je mensen aan huisvesting en bezigheden kunt helpen, ontstaat er ruimte om weer andere mensen te helpen. Ik streef naar één loket. Ik wil het geld niet stoppen in vergroting van het volume, maar in verhoging van de kwaliteit. Onze eigen inspectie heeft een kijkje genomen en treurige toestanden aangetroffen. Ik kan invloed uitoefenen op de organisaties die subsidie ontvangen, zoals de Kessler Stichting, waar overigens de moeilijkste groepen worden opgevangen. Maar als we kritiek hebben op organisaties waar we geen subsidieband mee hebben, is het ingewikkelder om bij te sturen.'

Vrijwilligers
'Ik zeg altijd: "Vrijwilligers zorgen voor het plaksel in de samenleving." Ze dragen bij aan de kwaliteit van leven. Ik was heel blij met het Internationaal Jaar van de Vrijwilliger; het is goed dat er erkenning is. Dat geldt niet alleen voor de zorg, ook in sport en cultuur is er bijna geen sector die niet drijft op vrijwilligers. We hebben nu het Haags Ondersteuningspunt Vrijwilligers aan de Riviervismarkt. Daar is deskundigheid: hoe recruteer je vrijwilligers, hoe houd je ze vast. Er is geld voor cadeau’s, uitjes, er zijn speciale projecten voor jonge vrijwilligers. In 2001 is Den Haag uitgeroepen tot beste gemeente voor vrijwilligers. Mogen we ook wel eens trots op zijn, maar het betekent niet dat er geen inspanningen meer nodig zijn. Je moet uitstralen dat je vrijwilligerswerk waardeert.' Zonder adempauze vervolgt ze: 'Uitbreiding van de steun aan mantelzorgers is een nieuw speerpunt. Mantelzorgers zijn bijzondere vrijwilligers, zij nemen tijdelijk de verantwoordelijkheid op zich voor degene die ze verzorgen. Daar hebben we steunpunten voor opgericht. We bieden steun op twee manieren. Er is steun bij aanvragen, verstrekkingen volgens de Wet Voorzieningen Gehandicapten (WVG) en dergelijke. En we bieden respijtzorg, dat wil zeggen dat de mantelzorger er eens tussenuit kan doordat een andere vrijwilliger het een paar dagen overneemt of doordat de verzorgde tijdelijk wordt opgenomen. Dat is een structurele voorziening geworden.'

Parnassia
'Ik heb de hoop uitgesproken dat de fusie van de GGZ-instellingen vruchten zou afwerpen. Als ik IBS-dienst heb (in bewaring stellen van mensen), kan er altijd nog een plekje voor de betreffende mensen worden gevonden. Van mijn collega's in de andere grote steden hoor ik dat mensen in een cel terechtkomen, mede doordat de organisaties elkaar beconcurreren in plaats van samen te werken. Dan hebben we het in Den Haag goed getroffen. Ook op het terrein van drugs- en verslavingsproblematiek is meer samenwerking waar dat in andere steden heel ongecoördineerd gaat.'
Hoe ziet je beieid voor de komende vier jaar euit? 'De wensen uit de nota 'Op uw gezondheid' zijn redelijk vervuld. Ik ga niet een nieuwe nota schrijven, maar wel de zaak updaten. We gaan de gezondheidsmonitor goed gebruiken, ik wi dat die elke vier jaar verschijnt. Allochtonen verdienen vanwege de grote verschillen in gezondheid speciale aandacht. In vier wijken gaan we met concrete projecten van start om de gezondheidsverschillen terug te dringen. Preventie door middel van GVO. We willen mensen aantrekken met eigen ervaringen. Het maakt veel meer indruk wanneer iemand met een afgerukte arm vertelt hoe dom het is om met vuurwerk te stunten dan wanneer een volwassene uilegt waarom je zo voorzichtig moet zijn. Of een moeder van 18 die vertelt wat het voor je leven betekent om op je 15de een kind te krijgen. Dat helpt meer dan een wethouder die roept dat je veilig moet vrijen. Zo komt er ook het project zelfmoord onder jongeren. Verder ben ik erg blij met onze public health benadering. Het gaat ook om omgevingsfactoren als verkeer, wonen en onderwijs. De woonzorgzone in Moerwijk voer ik uit samen met mijn collega Hilhorst. Dat geldt ook voor specifieke aspecten bij gehandicapten, rolstoeltoegankelijkheid. We treffen bijvoorbeeld in Ypenburg nieuwbouw aan met bordesjes van vier treden, leuk ideetje van een creatieve architect. "Hoe komen gehandicapten hier binnen? Is er een achterom?", vragen we dan. In Wateringse Veld (van meet af aan Haags, auteurs) zul je zoiets niet aantreffen. Ik zal mijn andere partners er steeds van moeten overtuigen dat je op die manier op middellange termijn aan kapitaalvernietiging doet.'
'De verbazing dat je uit het hele land deskundigen en zwaargewichten om de tafel krijgt, heb ik nu niet meer. Ik raak verwend, merk ik. De eerste tweeënhalf jaar had ik nodig om mijn rollen te leren spelen en combineren. Ik ben volksvertegenwoordiger en beheerwethouder van de dienst OCW; een groot ambtelijk apparaat. Landelijk ben ik partner van het ministerie. En er zijn nog andere functies, zo ben ik bijvoorbeeld voorzitter van de commissie Welzijn en Volksgezondheid van de VNG. Je leert met welke organisaties en personen je afspraken kunt maken en met welke niet. Ik wil verder, dus die laatste laat ik links liggen.'

Heroïneverstrekking
Daar willen we natuurlijk meer van weten:
Kun je een voorbeeld noemen van iets dat moeizaam is gegaan? Ze denkt even diep na. 'De heroïneverstrekking-op-medische indicatie. Er ontstaat een sterk NIMBY-effect. Ik heb geweldig moeten praten, bewoners van de Notenbuurt kwamen in het geweer; dezelfde bewoners zijn nu zeer constructief. Bij de gedecentraliseerde methadonverstrekking zie je hetzelfde gebeuren. Mensen zijn heel erg bereid om mee te denken. Als ik op een gegeven moment aankondig: "We hebben dit of dat pandje", zijn er altijd mensen in de straat die roepen: "Oké, laat maar komen." Maar er zijn er ook altijd die liever een andere oplossing zien: "Nee, koopt u dit pandje maar niet." Uiteindelijk ben ik de wethouder, ik hak de knopen door. Als we een beslissing hebben genomen, kunnen we achteraf altijd nog aanpassingen doen. Maar we moeten natuurlijk wel verder.'
Hoe gaat het met de Indicatiestellingen? 'Het Indicatie Orgaan (I0) is een onafhankelijke stichting, die indicaties (voor de toegang tot zorg, auteurs) inkoopt bij de GGD. Ik zou graag zien dat er een geïntegreerde indicatiestelling komt, het liefst ook samen met de WVG. De achterstanden zijn vooral een gevolg van personeelsproblemen; ook de feitelijke hulp heeft daarmee te kampen. De babyboomgeneratie vergrijst, het warme wij-gevoel verdwijnt. Het pompen van geld heeft niet voldoende effect. Verpleging bijvoorbeeld is een volstrekt ondergewaardeerd beroep: dat krijg je niet alleen weg met meer geld, er zijn landelijke campagnes nodig om het imago te verbeteren.'

Regierol
Hoe zit het met de regierol in de gezondheidszorg?
'Op dit moment ontbreekt de regie op lokaal niveau. Iedereen wijst naar elkaar. Er is een impasse: de verzekeraars zeggen het niet te kunnen. Een van de Haagse verzekeraars werft zijn klanten landelijk. Wanneer ik als plaatselijk wethouder iets vraag, zeggen ze dat het landelijk niet mogelijk is om zoiets uit te voeren. De marktwerking krijgt te maken met zoveel restricties dat het geen marktwerking meer is. Wat mij betreft krijgen de zorgvragers het heft in handen, bijv. met hulp van een persoonsgebonden budget. Ik hoop dat met het grotesteden-beleid meer geld naar gemeenten gaat om te kunnen regisseren. Ik wil niet met boetes werken, maar proberen om de neuzen dezelfde kant op te krijgen met stimuleringsimpulsen, dus positieve beloning voor adequate samenwerking of bijzondere innovatie. Maar ik heb nu de instrumenten en financide mogelijkheden niet om een regierol te vervullen.'

Huisartsen
Een Haagse wethouder van gezondheidszorg kan natuurlijk niet om het probleem van uitdunnende huisartsen heen.
Wat vind je van de problemen met de Piuskerk? (een beoogde accommodatie voor een centrum voor gezondheidszorg en maatschappelijke dienstverlening, auteurs) "Huisartsen, verzekeraars, projectontwikkelaar en gemeente zijn druk bezig om een goede invulling voor de Piuskerk te creeren. We zijn allemaal van goeie wil en ik ga ervan uit dat het lukt, want het is belangrijk dat de huisartsen in Zuid-West behoorlijke huisvesting krijgen." Ze vertrekt haastig, de tandem wacht al een tijdje.

Dit interview is gedaan in samenwerking met de heer M.H. Waterman, manager productgroep Epidemiologie, Gezondheidsvoorlichting en GGD-beleid gemeente Den Haag, dienst OCW, en hoofdredacteur van het Epidemiologisch Bulletin